Episode 1: Lucinda
Terwijl de zon gezapig onder de horizon kroop en de eerste mistbank over de velden sloop kwam Lucinda Nevelspoock veel later dan verwacht thuis. Ze stak het kleine doosje dat ze de hele reisweg stevig in haar handen had geklemd diep in haar jaszak. Ook al wist ze dat haar echtgenoot Gustave op dit uur al ingedommeld aan zijn bureau zou liggen, toch wilde ze het hebbeding een verrassing voor hem houden. In het schemerdonker merkte ze niet hoe hun eigenzinnige kat Shakespeare tussen haar benen glipte.
Lucinda grabbelde in de bloembak naast de achterdeur naar een sleutel waarvan alleen zij en haar vader Oscar-Morris wisten dat die er lag. Ze sloop stilletjes naar binnen, de kat volgde in haar zog.
In de keuken merkte ze aan de lege glazen dat haar broer Francesco, zoals elke vrijdag, had komen aperitieven maar toen ze in de woonkamer kwam, bleef ze. Als. Versteend. Staan: uit haar collectie portretten van de familie Nevelspoock was één schilderij verdwenen. Middenin, waar het portret van haar oudste voorouders Julius en Victoria Nevelspoock had moeten hangen, gaapte een leegte.
Had Gustave het portret weggenomen om het te onderzoeken voor zijn boek? Of had haar vader Oscar-Morris het even meegenomen om te tonen aan zijn melancholische echtgenote Mary? Of had haar broer Francesco het portret om een of andere reden verduisterd?
En verder... was slechts één ding zeker.: de kat Shakespeare krulde, rekte zich uit en gebaarde van niks...
Episode 2: Francesco Nevelspoock
Lucinda staarde naar de lege plek aan de muur waar het portret van haar vroegste voorouders Julius en Victoria had moeten hangen. De lege plek staarde stil terug. Vanuit de studeerkamer klonk een zacht gesnurk en de kat Shakespeare spinde langs haar benen.
Lucinda kon alleen aan de gewoontes van haar broer Francesco denken: ze zag haar jongere broertje graag maar ze kende hem door en door. In het verleden had hij al vaker iets achtergehouden of zogezegd geleend zonder het ooit terug te brengen. Het ging daarbij altijd om waardevolle voorwerpen: een curieus boek, een obscuur schilderij of een huisgemaakte Porto, en of hij het nu opzettelijk deed of niet, zelden kwam het voorwerp in kwestie terug: Francesco handelde in memorabilia en antiquaria: de boeken en schilderijen gingen steevast naar het buitenland, de Porto dronk hij zonder uitzondering zelf op.
Lucinda stapte de nevelige nacht in en wandelde blindelings door haar tuin die grensde aan die van Francesco. Ze beende tot aan zijn achterdeur en klopte aan. De deur was niet op slot en Lucinda stapte onzeker binnen - dit was niet Francesco’s gewoonte. Terwijl ze het huis doorschreed riep ze zijn naam, eerst zacht, dan telkens luider, tot ze hem vond, lijkbleek en nagenoeg bewusteloos op de grond, omgeven door boeken in zijn leeskamer, een massieve kandelaar naast hem liggend...
Hij mompelde iets, nauwelijks hoorbaar:
“E-di-th”, dacht Lucinda te horen. Had Francesco de naam van zijn echtgenote gemompeld?
“E-D-T”, begreep Lucinda. Had Francesco een of andere code gemurmeld?
Ze twijfelde, maar ze sprak hem bemoedigend toe: "Alles komt goed, broertje."
En verder... was slechts één ding zeker: Shakespeare de kat zat in een kerselaar op de rand van de twee tuinen en volgde alles met een raadselachtige glimlach...
Episode 3: Desmond Nevelspoock
Lucinda verzorgde haar broer Francesco zo goed ze kon en pas toen ze helemaal zeker was dat hij, taai als een Nevelspoock, het zou halen zette ze alle feiten op een rijtje. Uit haar huis was een schilderij gestolen. Ze had haar broer verdacht, maar had hem in zijn huis gevonden, tegen de grond gemept door iemand met een kandelaar. Zijn echtgenote Edith was niet te bespeuren...
Lucinda klemde het kleinood dat ze die dag in handen had gekregen nog eens stevig vast en herhaalde de code die Franscesco haar gegeven had: E.D.T.
De letters herinnerden haar aan haar oom Desmond Nevelspoock, de archivaris van de familie. Desmond verzamelde jarenlang alle obscure documenten en artefacten van de familie, kon met verve over de vele bizarre familieleden vertellen en had de kroniek van de familie uitvoerig neergeschreven. Op een avond had hij Francesco en Lucinda verteld over E.D.T.
“Edouard de Troyes.” Lucinda herinnerde zich Desmonds vertelling bij kaarslicht: “De nemesis van de familie Nevelspoock. Hij was degene die onze familie aan de rand van de afgrond bracht. Een onduidelijke vete met onze voorvader Julius lag aan de grondslag, en hij wil ons kost wat kost klein krijgen. Maar ik ben hem op het spoor.”
Desmond was de volgende dag vermist en werd sindsdien nooit teruggezien.
Lucinda wist niet wat ze moest denken. Probeerde een eeuwenoude vijand nog steeds de familie Nevelspoock kapot te maken? Of gebruikte iemand een legende om iets te bemachtigen?
Enkel dit was zeker: de kat Shakespeare zag Lucinda in het holst van de nacht buitenkomen. Ze kromde haar rug en krulde haar klauwen. De nacht was nog niet voorbij.
Episode 4: Alberic Nevelspoock
Lucinda duffelde haar broer warm in nadat ze zijn wonde had verzorgd en water had klaargezet.
“E.D.T.” fluisterde ze hem toe. “Onze nemesis; ik ga hem vinden, broer. Rust maar uit.”
Ze stapte kwiek door de nachtelijke mist en even voor middernacht arriveerde ze bij de bouwval waar haar grootouders nog altijd woonden. Van ver zag ze licht branden en terwijl ze in de mistige nacht naderde herkende ze een silhouet in de deuropening: haar grootvader Alberic. “Kom snel binnen Lucinda.”
Als de Nevelspoocken al een mysterieuze familie waren, dan was Alberic de meest ondoorgrondbare, bedacht Lucinda: hij beantwoordde haar vragen nog voor ze ze zelfs bedacht had. Maar ze hield van hem, haar sterke, en ook sluwe grootvader.
“De mist heeft al die jaren onze sporen kunnen uitwissen,” vervolgde hij nog voor ze zelfs iets kon uitbrengen, “maar nu is Edouard de Troyes onze familie weer op het spoor.”
“Waarom wil hij onze familie kapot?” Eindelijk kon Lucinda hem onderbreken.
Een kat sprong op de vensterbank.
Alberic aarzelde.
Lucinda greep onwillekeurig naar het kleinood dat ze al de hele dag in haar jas verborgen hield.
“Edouard was ooit een goeie vriend van mijn vader, Julius.” vervolgde Alberic. “Maar er was een ruzie. Over Victoria, mijn moeder - jouw overgrootmoeder. Ze koos voor een Nevelspoock en niet voor een Troyes. En dat kon Edouard niet verkroppen.”
“En nu, mijn lieve Lucinda,” vervolgde Alberic, zichtbaar opgelucht, “ga je best naar huis. De mist zal je veilig thuisbrengen.”
Enkel dit was zeker: een kat volgde Lucinda op de voet. Maar in de nevel zag niemand nog of het Shakespeare was...
Episode 5: Julius Nevelspoock
Lucinda verliet het stulpje van haar grootouders en stapte naar huis. Pas toen ze zeker was dat haar grootvader Alberic haar niet meer kon zien, veranderde ze van richting en ging ze naar de ruïne van het huis van Julius en Victoria, haar overgrootvader en -moeder.
Ze was er rotsvast van overtuigd dat Alberic haar een fabeltje had verteld. Ze kon hem niet meer vertrouwen en dus moest ze naar de bron van de vete tussen Julius Nevelspoock, de oudste gekende Nevelspoock en de aartsvijand van de familie, Edouard de Troyes, een zelfs voor de Nevelspoocken schimmige en ongrijpbare figuur.
De hele weg hield ze haar overgrootvader in gedachten. Ze had slechts vage herinneringen aan hem: de geur van vlierbessen en een heimelijke lach.
De aardedonkere nacht begon precies aarzelend en tegen zijn zin lichter te worden toen Lucinda de vlierbloesems rook en wist dat ze er was. Ze roefelde in haar jaszak en nam het kleinood dat ze eerder deze dag had bemachtigd vast. Het was een sleutel die ze in het begin van de avond als verrassing aan haar echtgenoot Gustave had willen geven. Maar misschien kon ze er hier en nu zelf een mysterie mee oplossen.
De aardedonkere nacht begon precies aarzelend en tegen zijn zin lichter te worden toen Lucinda de vlierbloesems rook en wist dat ze er was. Ze roefelde in haar jaszak en nam het kleinood dat ze eerder deze dag had bemachtigd vast. Het was een sleutel die ze in het begin van de avond als verrassing aan haar echtgenoot Gustave had willen geven. Maar misschien kon ze er hier en nu zelf een mysterie mee oplossen.
De kat, die de hele weg onvermoeibaar langs haar voeten had getrippeld merkte plots in het lange gras een muis op en ging er achteraan.
Lucinda, die de hele weg meer en meer vermoeid begon te raken, merkte plots tussen de lage bomen een gedaante op.
Enkel dit was zeker: de kat had een prooi gevonden en haar klauwen sloegen vliegensvlug, en dodelijk toe.
Episode 6: Lenore
Lucinda hield haar adem in. Ze lag languit in het hoge, dauwnatte gras en hoorde hoe de zwarte gedaante zich een weg door de struiken baande en steeds dichter en dichter kwam. Ze kneep haar ogen keihard toe terwijl ze voelde hoe de gedaante haar, tergend langzaam, slechts rakelings passeerde.
Toen ze zo geruisloos mogelijk op en om keek, herkende ze in het vage licht van het schemerdonker meteen wie het was.
Lenore.
Lenore was de huishoudster van Julius en Victoria geweest en hoewel ze zelf altijd het tegendeel had beweerd, wees alles er op dat zij de oorzaak was geweest van de brand waarin Julius en Victoria het leven hadden gelaten, en de reden waarom hier nog slechts ruïnes waren.
Waarom was zij hier? En nu, al die jaren na die fatale brand? Wat zocht ze, wat spoockte zij hier uit?
Lucinda zag hoe Lenore de verlaten ruïne binnenging, en controleerde snel of ze de sleutel, die ze eerder op de avond bemachtigd had nog bij haar had.
Ze vond hem niet meer. Ze vloekte binnensmonds: de sleutel moest uit haar jas gevallen zijn.
Enkel dit was zeker. De kat Shakespeare was nergens te bespeuren.
Episode 7: Victoria Nevelspoock
Het was een moeilijke beslissing, maar Lucinda liet de sleutel in het gras liggen. Het had het bloed, zweet en tranen gekost om hem te bemachtigen maar het spoor van Lenore, de mogelijke moordenares van haar overgrootouders, was nu van groter belang.
Misschien had Lenore eerder die avond het vermiste schilderij gestolen, of had ze Lucinda’s broer neergemept met een kandelaar. Misschien had zij haar grootvader Alberic iets wijsgemaakt waardoor hij had geprobeerd om Lucinda naar huis te sturen. Of spande ze samen met Edouard de Troyes, de nemesis van de familie? Veel mysteries moesten nog opgehelderd worden, veel tijd was er niet meer.
Een eerste straaltje zon piekte over de horizon. Lucinda stapte de duistere ruïne waar ze Lenore in had zien verdwijnen binnen.
Ze kwam hier niet vaak, maar zoals altijd kroop het kiekevel langs haar rug omhoog. Ze stond oog in oog met het portret van haar overgrootmoeder Victoria. Lucinda had haar als peuter gekend, en soms kwam ze haar nog in haar dromen tegen.
Het portret van Victoria had de verwoestende brand intact doorstaan, de hitte had het ook op mysterieuze wijze onwrikbaar aan de muur verankerd. Alle pogingen om het te verwijderen waren verloren moeite gebleken.
Het portret van Victoria had de verwoestende brand intact doorstaan, de hitte had het ook op mysterieuze wijze onwrikbaar aan de muur verankerd. Alle pogingen om het te verwijderen waren verloren moeite gebleken.
Mijmerend over haar overgrootmoeder was Lucinda het spoor van Lenore bijster.
Naar de kelder ging ze niet graag, het was er stekedonker en het stonk er nog altijd naar rotte aardappelen.
Naar de woonkamer ging ze nog minder graag, het was er doods en het stof zou haar weer misselijk maken.
Naar de zolder ging ze helemaal niet graag, het was er ronduit gevaarlijk.
Ze keek lang naar het portret van Victoria. Het bleef stil.
In het natte gras spitste de kat Shakespeare haar oren en rechtte zich traag, rillend omhoog. Het was tijd.
Episode 8: Neville Nevelspoock
Lucinda verkoos de stoffige woonkamer boven de donkere kelder en de gevaarlijke zolder. Ze stapte behoedzaam verder terwijl het stof in het eerste zonlicht rond haar danste en dwarrelde. Ze voelde dat ze nu dicht bij het gestolen schilderij en de nemesis van de familie Nevelspoock, Edouard de Troyes was.
In de woonkamer vond Lucinda, tot haar verbazing, niet de voortvluchtige Lenore, maar haar neef Neville: de zoon van Francesco en Edith.
Hij keek op. Ze zag het gestolen schilderij bij hem liggen.
“Lucinda? Wat... Hoe..?” mompelde hij.
“Neville, wat doe jij hier met mijn gestolen schilderij?"
Hij stapte op haar af: “Lucinda, maak dat je hier snel wegkomt! Ik verwacht elk moment Edouard de Troyes, EDT, onze aartsvijand! Heeft Gustave het je niet verteld?”
Hij keek op. Ze zag het gestolen schilderij bij hem liggen.
“Lucinda? Wat... Hoe..?” mompelde hij.
“Neville, wat doe jij hier met mijn gestolen schilderij?"
Hij stapte op haar af: “Lucinda, maak dat je hier snel wegkomt! Ik verwacht elk moment Edouard de Troyes, EDT, onze aartsvijand! Heeft Gustave het je niet verteld?”
“Neen,” antwoordde Lucinda onbeholpen, “hij lag te slapen.”
“Ja, hij was inderdaad moe,” zei Neville. “Ik heb dit schilderij uit jullie huis meegenomen om de familie Nevelspoock te redden. In ruil voor dit portret van Julius en Victoria laat Edouard de Troyes ons voorgoed met rust. Heb je mijn vader dan niet gesproken?”
“Francesco?” vroeg Lucinda. “Hij lag zo goed als bewusteloos tegen de grond, hij was er erg aan toe!”
“Ja, hij loopt na het aperitief soms een en ander omver, we vinden hem wel vaker nadat hij een kandelaar op zijn hoofd heeft gekregen. Edouard de Troyes wil dit schilderij als een laatste aandenken aan Victoria, de vrouw die hem liet zitten voor een Nevelspoock. Zeg, waarom volgde je opa Alberic’s raad niet op?”
“Hij deed vreemd, kortaf,” antwoordde Lucinda, "ik vertrouwde hem niet. Maar heb jij Lenore dan niet gezien?”
Neville schrok: “Lenore? De brandstichtster? Denk je dat zij hier achter zit?”
Nog voor ze kon antwoorden hoorden Lucinda en Neville voetstappen naderen.
“Steek je weg,” zei Neville, “ik handel dit af”.
Lucinda’s hoofd tolde. Wie had die avond de waarheid gesproken? Wie had haar voorgelogen?
Enkel dit was zeker: de kat Shakespeare keek toe en scherpte haar klauwen aan de vermolmde vensterbank...
Episode 9: Edouard de Troyes
“Ik heb je nooit vertrouwd, Neville.” zei Lucinda. “Ik had al langer een vermoeden dat jij degene was die onze antieke kostbaarheden verduistert en naar het buitenland smokkelt. Nu weet ik het zeker. Je hebt je verraden door te zeggen dat je eigen vader soms tegen een kandelaar loopt, daar had ik niets over gezegd.”
Neville zweeg. De voetstappen waren gestopt achter de deur, maar Lucinda ging door: “Ik wed dat het je maîtresse Lenore was die hem met die kandelaar buiten strijd stelde terwijl jij met het gestolen schilderij naar hier kwam.”
Neville’s ogen zochten een uitweg. De deur zwaaide open. “En er is geen Edouard de Troyes!” riep Lucinda, “er is geen nemesis van Nevelspoock!”
"Dat laatste heb je mis, Lucinda.” Vanuit de deuropening stoof een imposante figuur door de stoffige kamer naar Lucinda. Hij graaide haar bij de kraag en dwong haar op haar knieën. “Ik ben wel degelijk Edouard de Troyes en ik haat jullie obscure familie uit de grond van mijn hart!”
Lucinda hapte naar adem terwijl ze hem herkende. “Edouard? Jij bent gewoon Edward, Gustave’s oude assistent in het Nevelspoock-archief!”
“Inderdaad,” antwoordde Edouard en kneep Lucinda’s keel hard dicht. “Ik hou jullie sinistere familie al in de gaten sinds Victoria me liet staan voor een Nevelspoock. Jij bent het volgende slachtoffer, Lucinda, je was de gewiekste tot nu toe, maar jouw verhaal eindigt hier. Ik haat jullie omdat jullie allemaal zo verdomd mysterieus doen! Waarom kunnen jullie niet gewoon normaal zijn, zoals iedereen!?”
“Omdat... wij... Nevelspoocken zijn!”
De kat Shakespeare neusde het raampje open, sprong naar binnen en trippelde naar Edward. Ze sprong in zijn nek en dreelde haar kopje langs zijn oren.
Edwards handen werden week als zeem. Hij voelde zich griepachtig, zijn huid werd rood, de ogen traanden en hij werd kortademig. Hij loste zijn greep op Lucinda en viel op zijn knieën. Machteloos fluisterde hij: “die smerige kat! Hoe weet die dat ik allergisch aan katten ben!?”
Lucinda knielde bij hem neer. Ze aaide de kat Shakespeare die luid spinnend haar klauwen in Edwards nek prikte: “Misschien omdat je allergisch aan het mysterieuze bent, Edward?
Door het raam zag ze Neville en Lenore er vandoor gaan in het ochtengloren, maar nu de Nemesis overwonnen was, dacht Lucinda aan de onbetreden sporen van die nacht. Zou ze naar huis gaan om Gustave alles te vertellen? Of zou de de sleutel zoeken die ze was verloren? Of was er nog iets anders dat ze over het hoofd had gezien?
Episode 10: Elsie Nevelspoock
Lucinda liet haar vijand Edouard de Troyes allergisch aan de kat Shakespeare achter. Het was een nacht vol mysteries, plotwendingen en vreemde ontmoetingen geweest. En tijd om naar huis te gaan.
In gedachten overliep ze nog eens alles, twijfeldend of ze iets over het hoofd had gezien.
Edouard de Troyes was overwonnen.
Haar neef Neville en de brandstichtster Lenore waren gevlucht.
Ze verliet het stoffige huis van Julius en Victoria.
Een sleutel lag verloren in het hoge gras.
Het gestolen schilderij nam ze voorzichtig terug mee.
Lucinda besefte plots wat haar dwars zat en versnelde haar pas: haar grootvader Alberic had haar aangespoord om naar huis te gaan. De nacht zou er compleet anders uitgezien hebben als ze zijn raad had opgevolgd.
Het was middag toen Lucinda terug bij het huis van haar grootouders kwam; ze rook de vlierbloesemthee van haar grootmoeder Elsie. Lucinda zag haar in de deuropening staan.
“De mist kondigde je komst aan, Lucinda,” zei ze glimlachend en ze stak een warme kop thee in haar handen.
Als Alberic al Lucinda’s gedachten kon lezen, dan kon Elsie dat ook feilloos. Lucinda zei niets, het hoefde niet.
“Hij wilde je beschermen, Lucinda. Hij zag zijn kleindochter liever niet de confrontatie met de Troyes aangaan. Maar ik wist dat je te nieuwsgierig zou zijn.”
Lucinda slurpte van de hete thee. Elsie knipoogde naar de kat Shakespeare. De kat kneep haar oogjes dicht. Een mist kwam op.
“Maar we zijn trots op je. Kom ons gerust bezoeken als je onzeker bent.” Elsie keek in de mist. “Of als het dagdagelijkse, doodgewone, normale leven je inhaalt.”
“Dat doe ik,” glimlachte Lucinda op haar beurt.
“En we waren altijd bij je. Omdat wij Nevelspoocken zijn!” grijnsde Elsie. Lucinda keek van achter een dode vlierboom hoe ze zich in de mist bij Alberic vervoegde en ze samen in de ijle lucht verdwenen.
Lucinda kwam thuis. Gustave deed de afwas van de vorige avond: "Lucinda, wist je dat het vandaag precies elf jaar geleden is dat je grootouders Elsie en Alber..."
“Ik weet het, Gustave” onderbrak ze hem zacht, en ze hing het gestolen schilderij terug.
De kat Shakespeare krulde zich moe maar tevreden op haar kussen. Ze wierp een laatste blik op Lucinda. Ergens in het hoge gras had ze een sleutel zien blinken. Misschien moest ze Lucinda laten zien waar hij lag. Misschien ook niet...
Fin